Onlangs reden vier Nederlanders helemaal naar Oekraïne om mee te vechten tegen de Russen. Dat werd allesbehalve een succes dat niet langer dan 45! minuten heeft geduurd. Na het bereiken van de geheime legerbasis, besloot het kwartet rechtsomkeert te maken.
Tegenover De Telegraaf doet oud-militair Hendrik zijn verhaal. Hij heeft zelf gediend in Afghanistan, beseft dat hij niets voorstelt in Oekraïne maar wil toch ”iets bijdragen”. Vervolgens belandt hij met 3 volslagen onbekenden in een appgroep, bij elkaar geveegd door een moeilijk bereikbare coördinator van de Oekraïense ambassade.
Voldoende ervaring
De drie anderen zeggen voldoende ervaring te hebben. Zo heeft de een gevochten in Irak, zegt persoon nummer drie dat hij bij De Groene Baretten heeft gezeten en is nummer vier opgeleid als infanterist. Na wat heen-en-weer-appen besluiten ze elkaar een paar dagen voor vertrek toch nog even in het echt te ontmoeten.
Meteen is duidelijk dat het geen dreamteam is. ”Het viel me op dat een van die jongens echt een probleemgeval was, heel onverzorgd ook”, zegt Hendrik.
Wantrouwen
Vlak voordat de vier in de auto stappen, ontstaan de eerste barstjes. Een van de vier praat honderduit over zijn tijd bij de special forces, maar heeft daar geen bewijs van. Hij zegt dat foto’s verloren zijn gegaan bij een woningbrand. Rien gelooft hem niet: ”We hebben navraag gedaan, maar niemand kende hem bij het Korps Mariniers. En toen hij beweerde dat er 32 kogels in een magazijn gaan, terwijl het maximaal 31 zijn, vond ik dat heel vreemd.”
Zieke moeder
Er is nóg een probleem dat boven de reis hangt. De Irak-veteraan heeft een zieke moeder. Is het voor hem wel verstandig om te vertrekken? Toch besluit hij om mee te gaan, waarna de reis begint.
Na 1.500 kilometer gereden te hebben, bereikt het kwartet de grensovergang met Oekraïne. Volgens Hendrik kreeg een van die jongens ”zweetdruppels” op zijn voorhoofd. Het daaropvolgende luchtalarm ”triggert” twee van de vier personen.
Zweetdruppels
Na een barre tocht van 1.500 kilometer bereikt het kwartet de grensovergang met Oekraïne. ”Een van die jongens kreeg de zweetdruppels op zijn voorhoofd”, zegt Hendrik. Als vlak daarna het luchtalarm afgaat, ziet hij dat dit bij twee anderen ”nogal een trigger” teweegbrengt.
Ze zijn precies drie kwartier op het kamp als het avontuur er alweer op zit: de Irak-veteraan zegt dat hij slecht nieuws over zijn moeder heeft gekregen uit het ziekenhuis. Hij wil direct naar huis. ”Het ging heel chaotisch”, zegt Hendrik. ”Ik moest in amper vijf minuten besluiten wat ik zou doen. De auto was al gestart en de poort stond al open.”
Die andere twee wilden absoluut naar huis. En we hadden nou eenmaal afgesproken: samen uit, samen thuis.” Dus daar gaan ze. De Oekraïners fronsen de wenkbrauwen. ”Je zag ze kijken”, zegt Hendrik. ”Net de grens over en meteen weg, dan trek je wel de aandacht van de veiligheidsdiensten. Iedereen bij de loketten sloeg op tilt. Ze vroegen: waarom waren jullie hier? Ik liet mijn telefoon zien en zei dat ik hier al weken mee bezig was en dat het niet aan mij lag dat we teruggingen. Ze waren achterdochtig, maar we konden gaan. We hadden nog niets ondertekend.”
Tatoeage
Rien zegt tegen De Telegraaf dat de sfeer op de terugweg te snijden was. Er onstond zelfs ruzie, nadat twee van de vier in de auto met het idee kwamen een Oekraïense vlag op hun onderarm te laten tatoeëren. Na een aanwezigheid van slechts 45 minuten.
Hoewel Rien zich naar eigen zeggen ”echt klote” voelde en 3.600 kilometer voor niets heeft gereden, besluit hij om samen met Hendrik een nieuwe poging te wagen. Hendrik is voornemens zich alsnog bij een gevechtseenheid aan te gaan sluiten.
Dit artikel is vanmorgen verschenen bij De Telegraaf.