De 26-jarige Ali uit Vlaardingen is verslaafd aan wiet. Het is zelfs zo erg, dat de jongen elke ochtend voor de deur van de coffeeshop staat te wachten totdat deze om 12.00 uur open gaat. ”Ik zet de wekker altijd om 10.00 uur”, zegt hij.
In Nederland is wiet roken natuurlijk legaal en veel mensen roken dan ook wel eens een jointje. Wiet, hasj of soms een combinatie. Maar bij Ali is het een beetje uit de hand gelopen.
Op school
”Ik rookte de eerste keer wiet toen ik 16 was”, vertelt hij. ”Toen zat ik nog op school en in de pauze heb ik samen met mijn ‘mattie’ een joint gedraaid. Hij was al 18 dus hij ging het halen. Bovendien kon ik zelf natuurlijk nog niet draaien. Na een paar hijsjes begon ik overal om te lachen.”
Maar niet veel later ziet Ali lijkbleek en wordt hij misselijk. Toch besluit hij om de volgende dag weer te roken. Dat heeft hij volgehouden tot de dag van vandaag.
Geen werk
Inmiddels kan hij naar eigen zeggen niet meer zonder. Zijn dag begint en eindigt met wiet. ”Ik rook ongeveer 2-3 gram op een dag. Een joint staat voor mij gelijk aan een sigaret.”
Voor de rest voert Ali weinig uit in zijn leven. Hij staat al voor de deur van de coffeeshop voordat deze open gaat. Wanneer de rolluiken omhoog gaan, voelt hij zich euforisch. Werken doet hij niet. ”Dat kan ik niet, want werkgevers willen niet dat ik wiet rook in de pauze. Dus laat dan maar.”
Hoe hij zijn verslaving kan bekostigen? ”Ik heb een wajong-uitkering, die krijg je heel makkelijk en dat is best een lekker bedrag.”
Toekomst
Ondanks dat met zijn 26 jaar in de bloei van zijn leven zou moeten zitten, denkt Ali alleen maar aan de volgende joint. Hij is niet van plan om de rest van zijn leven in teken van wiet te stellen. ”Nee, daar droom ik niet van. Maar het is moeilijk om er vanaf te komen, snap je broer?”