Terwijl de Oekraïense president Volodimir Zelensky maar blijft vragen om zware westerse wapens, zijn de manschappen aldaar niet op de hoogte van de werking van het wapentuig. Door wekenlange training verliest men kostbare tijd. Dat zegt Navo-secretaris-generaal Jens Stoltenberg.
Het leger van Oekraïne ontvangt vanalles. Mooie geavanceerde luchtverdediging, artillerie, zware wapens. Maarja, wat heb je eraan als je zelf nog met verouderde Sovjet-systemen werkt?
🔴 LIVE SOON (11:00 CET)
Pre-ministerial press conference ahead of #NATO #DefMin
📍 @NATO HQ, Brussels https://t.co/JFEPUgHSMt
— Jens Stoltenberg (@jensstoltenberg) June 15, 2022
“Daar hoort training bij in bediening en onderhoud.” Als voorbeeld noemde Stoltenberg, daarbij refererend aan gesprekken met premier Rutte gisteren in Den Haag, de houwitsers die Nederland naar Oekraïne stuurt. Ook voor de bediening van dat 155 mm-geschut, het zwaarste dat de landmacht in huis heeft, hebben de Oekraïense strijdkrachten extra training nodig.
Navo wil zich ‘nergens mee bemoeien’
Stoltenberg beweert dat Navo-landen enorme hoeveelheden wapens naar Oekraïne hebben verstuurd. Hij vindt echter dat er “nog meer” gedaan moet worden, al wil hij voorkomen dat de Navo wordt meegesleurd in het conflict. Stoltenberg stelt dat “onnodige provocaties jegens Rusland tegen elke prijs voorkomen moeten worden.”