Een 30-jarige vrouw uit Klijndijk heeft haar pasgeboren dochterje op gruwelijke wijze mishandeld. De vrouw liet de baby meermaals expres op de grond vallen en sloeg op haar in. Het kindje heeft de schedel op meerdere plekken gebroken, kreeg hersenbloedingen en brak zes ribben. Het is een godswonder dat het meisje nog leeft.
Het Openbaar Ministerie spreekt van poging tot doodslag en eist drie jaar cel, waarvan een jaar voorwaardelijk. Na haar gevangenisstraf moet de vrouw een behandeling ondergaan in een kliniek.
Traumatisch verleden
Als reden voor de zware mishandeling zou terug te voeren zijn naar de jeugd van de vrouw. Zij werd als kind geslagen en gekleineerd door haar eigen moeder en verhuisde van de ene naar de andere gesloten instelling. Toch zou de vrouw haar leven op de rit hebben gehad. Volgens het Dagblad van het Noorden was zij gelukkig met haar man en was het baby’tje erg gewenst.
Dat veranderde drie weken na de geboorte. Terwijl haar man de hondjes aan het uitlaten is ‘knapt’ er iets bij de vrouw, die plots wordt overvallen door woede en verandert in een monster.
Op de grond gegooid
De ‘moeder’ begint met haar handpalmen tegen het hoofd van haar dochtertje te slaan, waarna ze het kindje expres met haar hoofd meermaals op de houten vloer gooit. Dit gebeurt met zoveel kracht, dat de schedel op meerdere plekken breekt en er hersenbloedingen ontstaan.
Vervolgens legt de verdachte haar dochtertje in de wieg, alsof er niks aan de hand is. Hierbij drukt ze hard op de borstkas en breekt zes ribbetjes. Omdat het kindje zuurstoftekort in de hersenen heeft opgelopen, lijdt het meisje nu aan epilepsie.
‘Zorg voor ons meisje’
In de rechtbank van Assen zet de ‘moeder’ het gisteren op een huilen. Tranen met tuiten om wat ze heeft aangericht. De vrouw verklaart ”ontzettend veel spijt” te hebben, ”kapot” te zijn en ”geen woorden meer te hebben”. Vervolgens richt ze zich tot haar man en zegt: ”Zorg voor ons meisje. Ik houd van je.” Dat zal echter moeilijk gaan, want het slachtoffertje is ondergebracht bij een pleeggezin.
Psychologisch onderzoek heeft aangetoond dat de horrormoeder waarschijnlijk borderline heeft en daardoor dus ook niet volledig toerekeningsvatbaar is. De psycholoog acht de kans op herhaling aanwezig en adviseert daarom een behandeling.